stadsfeest

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  stadsfeest    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • stads·feest
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord stadsfeest stadsfeesten
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

hetstadsfeesto [1]

  1. een feest voor de bewoners van een stand
     De tasjes waren afkomstig van boek- of natuurwinkels, van stadsfeesten en congressen, van Dora's reclameklanten of de advertentiepartners van Roberts online magazine.[2]
     Volgens Bild stak een man om zich heen op een plein bij een stadsfeest in de West-Duitse stad, waarbij het 650-jarig bestaan van Solingen werd gevierd. Hij zou gericht hebben ingestoken op de kelen van zijn slachtoffers. De dader is op de vlucht geslagen, waarna de politie een klopjacht begon. Die is vanochtend nog altijd bezig.[3]
     Het incident was precies een week na de mesaanval in Solingen, zo'n honderd kilometer ten westen van Siegen. Daar stak vorige week een Syriër in op mensen die een stadsfeest bezochten. Drie mensen kwamen toen om het leven.[4]


Synoniemen
  • stadfeest

Gangbaarheid

  • Het woord stadsfeest staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. “Onder buren” (2021), Ambo/Anthos uitgevers , ISBN 9789026356186
  3. Weblink bron “Drie doden bij mesaanval in Duitse stad Solingen, klopjacht op dader” (vrijdag 23 augustus 2024), NOS
  4. Weblink bron “Vrouw steekt zes mensen neer in bus in Duitsland, drie in levensgevaar” (vrijdag 30 augustus 2024), NOS
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.