stafdrager

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  stafdrager    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • staf·dra·ger
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord stafdrager stafdragers
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

destafdragerm

  1. iemand die bij plechtigheden een staf draagt zoals de pedel bij academische plechtigheden
    • De functie was omgeven door ritueel (een stoet met vier stafdragers, een roodfluwelen gewaad, een goudgerande "mortier"-hoed met parels) en had een aura van belangrijkheid - voorrang op de hertogen en grootofficieren, en werd als Monseigneur aangesproken door de staatssecretarissen en parlementsleden. Zo zat de kanselier vóór de koning in het Parlement tijdens de "Lits de Justice", en las de wil van de koning voor. Zelden werd evenwel iemand van politieke betekenis benoemd. [2] 
  2. belangrijk dichter
Synoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord stafdrager staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
91 %van de Nederlanders;
93 %van de Vlamingen.[3]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.