staking
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: staking (hulp, bestand)
- IPA: /'stakɪŋ/
Woordafbreking
- sta·king
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | staking | stakingen |
verkleinwoord | stakinkje | stakinkjes |
Zelfstandig naamwoord
de staking v
- het neerleggen van de werkzaamheden, meest uit protest of om verbeteringen af te dwingen
- Naar aanleiding van de deportaties van de joden brak er een staking uit.
Synoniemen
Hyponiemen
|
|
|
|
Afgeleide begrippen
|
|
|
|
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord staking staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "staking" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[1] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.