stede

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  stede    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈstedə/ (2 lettergrepen)
Woordafbreking
  • ste·de
Woordherkomst en -opbouw

Zelfstandig naamwoord

destedev/m

  1. (verouderd) plaats
Hyponiemen

Zelfstandig naamwoord

stede

  1. datief vrouwelijk  van stad, archaïsche vorm die in enkele staande uitdrukkingen voorkomt
Uitdrukkingen en gezegden
  • in stede van
  • (hier) ter stede
Afgeleide begrippen

Gangbaarheid

  • Het woord stede staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
84 %van de Nederlanders;
76 %van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.