stekelig
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: stekelig (hulp, bestand)
- IPA: /stekələx/
Woordafbreking
- ste·ke·lig
Woordherkomst en -opbouw
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | stekelig | stekeliger | stekeligst |
verbogen | stekelige | stekeligere | stekeligste |
partitief | stekeligs | stekeligers | - |
Bijvoeglijk naamwoord
stekelig
- met stekels bezet
- Dat is wel een erg stekelige plant.
Antoniemen
- stekelvrij
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen
Vertalingen
Bijwoord
stekelig
- scherp, bits
- Een stekelig antwoord.
Gangbaarheid
- Het woord stekelig staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "stekelig" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
97 % | van de Vlamingen.[2] |
Verwijzingen
- ↑ stekelig op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.