stralingsziekte

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  stralingsziekte    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • stra·lings·ziek·te
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord stralingsziekte stralingsziektes
stralingsziekten
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

destralingsziektev

  1. ziekte die ontstaat door blootstelling aan radioactieve, ioniserende straling
     Het water dat woensdag nog weglekt, is zo besmet dat iemand die er dichtbij staat, in één uur vijf keer de straling oploopt die een medewerker van kerncentrale in één jaar maximaal zou mogen krijgen. Na 10 uur zou de proefpersoon al stralingsziekte ontwikkelen.[1]
     Bij de ramp in de centrale bij Tsjernobyl in 1986 stierven tientallen reddingswerkers aan stralingsziekte. Bij de ramp in het Japanse Fukushima in 2011 kregen ook enkele werknemers deze ziekte, maar zij herstelden allemaal.[2]
     Volgens Wereldgezondheidsorganisatie WHO kan een lage dosis straling al leiden tot kanker en aantasting van de organen. Lee, die nu in Zuid-Korea woont, werd na haar vlucht op stralingsziekte getest. De uitslag was negatief.[3]

Gangbaarheid

  • Het woord stralingsziekte staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Weblink bron “300.000 liter besmet water stroomt weg bij Fukushima” (21-08-2013), Tubantia
  2. Weblink bron “Waarom Twentenaren de gevolgen van een kernramp overschatten” (24-08-2016,), Tubantia
  3. Weblink bron
    Karen Van Eyken
    “Spookziekte na nucleaire tests creëert onrust onder Noord-Koreanen” (05-12-2017), Tubantia
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.