svindler

Noors

Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
  • IPA: / ˈsʋindləɾ /
Woordafbreking
  • svind·ler
Woordherkomst en -opbouw
  • Naamwoord van handeling van het Noorse werkwoord svindle met het achtervoegsel -er
Naar frequentie 6824

Werkwoord

svindler

  1. tegenwoordige tijd aantonende wijs bedrijvende vorm van svindle
  enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   svindler     svindleren     svindlere     svindlerne  
genitief   svindlers     svindlerens     svindleres     svindlernes  

Zelfstandig naamwoord

svindler, m

  1. bedrieger, fraudeur, misleider, oplichter, zwendelaar (mannelijke vorm)
  2. bedriegster, fraudeuse, misleidster, oplichtster, zwendelaarster (vrouwelijke vorm)
Synoniemen
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
  •  svindlerbule zn 
  •  svindleri zn 
  •  svindlerske zn 
Verwante begrippen
  •  falskspiller zn 
  •  falskspeller zn 
  •  taskenspiller zn 
Opmerkingen
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.