taalmaat

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  taalmaat    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • taal·maat
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord taalmaat taalmaten
verkleinwoord taalmaatje taalmaatjes

Zelfstandig naamwoord

detaalmaatm

  1. (onderwijs) vrijwilliger die mensen die de Nederlandse taal nog niet meester zijn Nederlands te leren


Synoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord taalmaat staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.