tafeldek

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  tafeldek    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈtafəlˌdɛk/ (3 lettergrepen)
Woordafbreking
  • ta·fel·dek
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord tafeldek
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

hettafeldeko

  1. horizontale oppervlak van een meubel dat verder bestaat uit de poten die dat vlak ondersteunen
    • Komt men in een Amerikaans weg-restaurant, dan veegt een ober of een serveerster met een vochtige doek het tafeldek schoon, legt een papieren matje met bestek neer en haalt een glas water-met-ijs.  [1]
Synoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord 'tafeldek' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.