teerdag

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  teerdag    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • teer·dag
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord teerdag teerdagen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

deteerdagm [1]

  1. de dag dat een gilde feestviert met een feestmaal; dag dat men potverteert

Gangbaarheid

  • Het woord 'teerdag' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
37 %van de Nederlanders;
41 %van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.