tegenovergesteld
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: tegenovergesteld (hulp, bestand)
Woordafbreking
- te·gen·over·ge·steld
Woordherkomst en -opbouw
- vervoeging van tegenoverstellen: voltooid deelwoord (van het scheidbare werkwoord), op te vatten als samenstelling van tegenover bw en gesteld ww
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | tegenovergesteld | tegenovergestelder | tegenovergesteldst |
verbogen | tegenovergestelde | tegenovergesteldere | tegenovergesteldste |
partitief | tegenovergestelds | tegenovergestelders | - |
Bijvoeglijk naamwoord
tegenovergesteld
- precies andersom
Synoniemen
- tegendeel, tegengesteld, tegenliggend, tegenovergestelde, tegenstaand, tegenstrijdig
Antoniemen
Vertalingen
Werkwoord
vervoeging van: | tegenoverstellen… |
verbogen vorm: | tegenovergestelde |
tegenovergesteld
- voltooid deelwoord van tegenoverstellen
Gangbaarheid
- Het woord tegenovergesteld staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "tegenovergesteld" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[1] |
Verwijzingen
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.