tipi

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  tipi    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈtipi/ (2 lettergrepen)
Woordafbreking
  • ti·pi
Woordherkomst en -opbouw

Zelfstandig naamwoord

detipim

  1. tent met een puntdak die o.a. gebruikt wordt door de Noord-Amerikaanse indianen
    • Hij is zo gefascineerd door de indianen dat hij een echte tipi aangeschaft heeft. 
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord tipi staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
83 %van de Nederlanders;
87 %van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be

Engels

Uitspraak
  • IPA: /ˈtiːpi/
enkelvoud meervoud
tipi tipis

Zelfstandig naamwoord

tipi

  1. tipi

Frans

Uitspraak
  • IPA: /tipi/
enkelvoud meervoud
zonder lidwoord met lidwoord zonder lidwoord met lidwoord
  tipi     le tipi     tipis     les tipis  

Zelfstandig naamwoord

tipi m

  1. tipi

Spaans

Zelfstandig naamwoord

tipi m

  1. tipi
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.