titelblad
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: titelblad (hulp, bestand)
- IPA: / ˈtitəlˌblɑt / (3 lettergrepen)
Woordafbreking
- ti·tel·blad
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van titel zn en blad zn [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | titelblad | titelbladen |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
het titelblad o
- (boekbinderij) bladzijde van een boek waarop de titel van het boek staat en vaak ook de schrijver, de uitgever en de datum van publicatie
- ▸ Tegenwoordig zie je het niet vaak meer, maar vroeger was het heel gewoon op het titelblad van een boek de auteur vermeld te vinden met zijn academische graad. (Dr. P. Geyl of Dr. L. de Jong) of zelfs (bij Presser bijvoorbeeld) als Prof.Dr.[2]
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord titelblad staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Weblink bron H.L. Wesseling“Onder de koepel” (19 oktober 2000) op nrc.nl
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.