topploeg

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  topploeg    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • top·ploeg
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord topploeg topploegen
verkleinwoord topploegje topploegjes

Zelfstandig naamwoord

detopploegv/m

  1. een heel goed presterende sportploeg; de best presterende sportploeg
    • Ben Schwietert, Kyle Stolk, Femke Heemskerk en Ranomi Kromowidjojo moesten alleen de Verenigde Staten voor laten gaan. De Amerikaanse topploeg met Caeleb Dressel, Nathan Adrian, Mallory Comerford en Simone Manuel zwom met 3.19,60 een nieuwe wereldrecord.[1] 
    • Bayern München is vrijwel zeker van de kwartfinale van de Champions League. De Duitse topploeg won, met bondscoach Ronald Koeman op de tribune, thuis met 5-0 van Besiktas. De return in Turkije is op 14 maart.[2] 

Gangbaarheid

  • Het woord topploeg staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
97 %van de Nederlanders;
98 %van de Vlamingen.[3]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.