traineur

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  traineur    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • trai·neur
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord traineur traineurs
verkleinwoord traineurtje traineurtjes

Zelfstandig naamwoord

traineur

  1. achterblijver (in een leger)
Verwante begrippen

Gangbaarheid

  • Het woord 'traineur' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.