trainingsstage

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  trainingsstage    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • trai·nings·sta·ge
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord trainingsstage trainingsstages
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

detrainingsstagev/m

  1. (sport) periode waarin sporters zich afzonderen om te trainen

Gangbaarheid

  • Het woord trainingsstage staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.