tussenpauze
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: tussenpauze (hulp, bestand)
Woordafbreking
- tus·sen·pau·ze
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van tussen zn en pauze zn [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | tussenpauze | tussenpauzen tussenpauzes |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de tussenpauze v / m
- onderbreking tussen twee activiteiten
- ▸ Drie keer zegt hij het, met telkens een tussenpauze van een paar seconden, soms een minuut.[2]
- ▸ Jos van Rey is van 1979 tot 1982 wethouder van Roermond en na een tussenpauze vanaf 1998 opnieuw. Tot de dag van gisteren was Van Rey verantwoordelijk voor economische zaken, volkshuisvesting en stadsontwikkeling, personeel en organisatie plus het locoburgermeesterschap.[3]
Synoniemen
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord tussenpauze staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Johan Harstad (vert. Edith Koenders en Paula Stevens)“Max, Mischa & het Tet-offensief” (2017), Podium , ISBN 9789057598500
- ↑ Weblink bron “De verdiensten van Jos van Rey” (23-10-2012), NOS
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.