tweede paasdag
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: tweede paasdag (hulp, bestand)
Woordafbreking
- twee·de paas·dag
Woordherkomst en -opbouw
- verbinding van tweede en paasdag
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | tweede paasdag | tweede paasdagen |
verkleinwoord | tweede paasdagje | tweede paasdagjes |
Zelfstandig naamwoord
de tweede paasdag m
- (religie) de dag die volgt op paaszondag.
- Op tweede paasdag gaan veel mensen naar de meubelboulevard.
Hyperoniemen
Synoniemen
Verwante begrippen
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord 'tweede paasdag' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.