uitbouwsel

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  uitbouwsel    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • uit·bouw·sel
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord uitbouwsel uitbouwsels
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

hetuitbouwselo [1]

  1. (bouwkunde) uitspringend deel van een gebouw, later aangebracht, ter vergroting van de oorspronkelijke ruimte
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord uitbouwsel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.