uitzwaai

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  uitzwaai    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • uit·zwaai
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord uitzwaai uitzwaaien
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

deuitzwaaim

  1. zwaai naar buiten

Werkwoord

vervoeging van
uitzwaaien

uitzwaai

  1. (in een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitzwaaien
    • ... dat ik uitzwaai. 
Afgeleide begrippen
  • uitzwaaidag, uitzwaaiwedstrijd

Gangbaarheid

  • Het woord uitzwaai staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.