vastgoedfraude
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: vastgoedfraude (hulp, bestand)
Woordafbreking
- vast·goed·frau·de
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van vastgoed en fraude
| enkelvoud | meervoud | |
|---|---|---|
| naamwoord | vastgoedfraude | vastgoedfraudes |
| verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
de vastgoedfraude v / m
- fraude die plaats vindt in de vastgoedsector
- Ruim 70 verdachten in één vastgoedfraude, tuchtzaken tegen ten minste 8 notarissen [1]
Verwante begrippen
Afgeleide begrippen
Gangbaarheid
- Het woord vastgoedfraude staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.