vlechten

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  vlechten    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈvlɛxtə(n)/ (2 lettergrepen)
    • (Noord-Nederland): /ˈvlɛχ.tə(n)/
    • (Limburg): /ˈvlɛx.tə(n)/
Woordafbreking
  • vlech·ten
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
vlechten
vlocht
gevlochten
klasse 3 volledig

Werkwoord

vlechten

  1. overgankelijk in elkaar strengelen
    • Je kunt je haar op verschillende manieren vlechten. 
     En ze had dik kastanjebruin haar, dat ik af en toe mocht vlechten.[2]
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Zelfstandig naamwoord

devlechtenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord vlecht
     Deze persoon had gigantisch gespierde kuiten en twee lange blonde vlechten onder een versleten baseballcap.[3]

Gangbaarheid

  • Het woord vlechten staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.[4]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. vlechten op website: Etymologiebank.nl
  2. Danielle Teller (vert. Marja Borg)
    “Er was eens iets anders” (2018), Ambo/Anthos uitgevers , ISBN 9789026346477
  3. Tim Voors
    “Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers
  4. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.