vliegtuigfabrikant

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  vliegtuigfabrikant    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • vlieg·tuig·fa·bri·kant
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord vliegtuigfabrikant vliegtuigfabrikanten
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

devliegtuigfabrikantm

  1. (luchtvaart) bedrijf dat vliegtuigen ontwerpt en produceert
     "We hebben grondig onderzoek gedaan naar alle mogelijke technische oorzaken", aldus de woordvoerder. "Gisteren en de afgelopen nacht zijn er tests en inspecties geweest. Vandaag hebben we contact gehad met de vliegtuigfabrikant en een verificatievlucht uitgevoerd om het ventilatiesysteem te testen. Ook daar is niets uitgekomen."[2]
     Binnen een week tot tien dagen komt vliegtuigfabrikant Boeing met een software-update voor de 737 MAX, aldus bronnen bij de vliegtuigbouwer gisteren tegen persbureau Reuters. De Boeing MAX staat in veel landen aan de grond omdat er wordt getwijfeld aan de veiligheid van het vliegtuig.[3]

Gangbaarheid

  • Het woord vliegtuigfabrikant staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Weblink bron
    NOS Nieuws
    “Onwel worden Transavia-passagiers lag niet aan het vliegtuig” (Maandag 14 mei 2018, 17:56), NOS
  3. Weblink bron
    NOS Nieuws
    “'Vliegramp Ethiopië vergelijkbaar met eerdere Boeing 737-crash'” (Zondag 17 maart 2019, 19:27), NOS
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.