voettocht
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: voettocht (hulp, bestand)
- IPA: / ˈvutɔxt / (2 lettergrepen)
Woordafbreking
- voet·tocht
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van voet zn en tocht zn [1]
| enkelvoud | meervoud | |
|---|---|---|
| naamwoord | voettocht | voettochten |
| verkleinwoord | voettochtje | voettochtjes |
Zelfstandig naamwoord
de voettocht m
- een reis die lopend wordt gemaakt
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord voettocht staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "voettocht" herkend door:
| 97 % | van de Nederlanders; |
| 96 % | van de Vlamingen.[2] |
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.