vraagal

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  vraagal    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • vraag·al
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord vraagal vraagallen
vraagals
verkleinwoord vraagalletje vraagalletjes

Zelfstandig naamwoord

devraagalm

  1. nieuwsgierig persoon die niet ophoudt vragen te stellen

Gangbaarheid

  • Het woord vraagal staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
34 %van de Nederlanders;
51 %van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.