vuldruk

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  vuldruk    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈvʏldrʏk/ (2 lettergrepen)
Woordafbreking
  • vul·druk
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord vuldruk
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

devuldrukm

  1. kracht waarmee men iets volpompt; de druk waarmee iets gevuld wordt
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord vuldruk staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
59 %van de Nederlanders;
52 %van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.