vuurplaat

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  vuurplaat    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • vuur·plaat
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord vuurplaat vuurplaten
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

devuurplaatv/m

  1. (bouwkunde) een stenen plaat waarop men brandstoffen kan verbranden
    • De proeverij op het landgoed doet zijn naam eer aan. Liefhebbers van lekker en goed eten komen goed aan hun trekken. Geen gewone hamburgers en friet, maar échte friet met truffelmayonaise, aardappelwokkel op een spiesje en exotische hamburgers met mangosalsa. Paling die vers gerookt wordt, vers gegaarde Black Angus spareribs, groentestoofpotjes, bitterballen van asperges, 1000-dagen kaas, worteltaart met witte chocolademousse en pruttelende gevulde portbello-champignons op de Ofyr, een barbecue en vuurplaat in één. [2] 
Synoniemen
Antoniemen
    Vertalingen

    Gangbaarheid

    • Het woord vuurplaat staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
    97 %van de Nederlanders;
    95 %van de Vlamingen.[3]

    Verwijzingen

    Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.