wagensmeer
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: wagensmeer (hulp, bestand)
Woordafbreking
- wa·gen·smeer
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van wagen zn en smeer zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | wagensmeer | wagensmeren |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
wagensmeer m, o
- vettige stof die gebruikt wordt om bewegende mechanische delen te smeren
- ▸ ⧖ Sommigen van onze lezers zouden meenen, dat thans Samue! voor dien dag een voldoend gebruik gemaakt had van olieachtige zelfstandigheden; volstrekt niet, onze vriend maakte de noodige toebereidselen om aardappelen naar de markt te brengen, en éen of twee wielen van zijn wagen piepten zoo verschrikkelijk, dat hij zijn potje wagensmeer tevoorschijn haalde en de naaf eens goed besmeerde.[1]
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord wagensmeer staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron “De druppel olie” (1901), Höveker & Wormser
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.