wantrust
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: wantrust (hulp, bestand)
- IPA: /rʌst/
Woordafbreking
- want·rust
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van want en rust
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | wantrust | wantrusten |
verkleinwoord | wantrustje | wantrustjes |
Zelfstandig naamwoord
de wantrust v / m
- (scheepvaart) een stevige klamp of brede rand die buitenboord op dekhoogte van een zeilschip is aangebracht, om er het want aan te bevestigen
- De bevestigingspunten voor de wanten (puttings) zijn op de wantrust aangebracht.
Synoniemen
- rust, scheepsrust
Hyperoniemen
Meroniemen
- boord, scheepsbeslag
Verwante begrippen
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord 'wantrust' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.