winterviolier

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  winterviolier    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • win·ter·vi·o·lier
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord winterviolier winterviolieren
verkleinwoord wintervioliertje wintervioliertjes

Zelfstandig naamwoord

dewinterviolierv/m

  1. (plantkunde) Matthiola incana  naam voor een overwinterende violier
    • Hij schildert nu asters, rozen, winterviolieren. ‘Het leven is het groene blad’, hoort Thomas hem zeggen.[2] 

Gangbaarheid

  • Het woord 'winterviolier' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.