woordfamilie

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  woordfamilie    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈwortfamili/ (4 lettergrepen)
Woordafbreking
  • woord·fa·mi·lie
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord woordfamilie woordfamilies
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

dewoordfamiliev

  1. groep woorden die eenzelfde stam hebben
    • Verwantschap van woorden uit dezelfde woordfamilie wordt regelmatiger in de spelling tot uitdrukking gebracht. Omdat behende en numerieren met Hand en Nummer verwant zijn, verandert de spelling in behände en nummerieren. [2] 
    • „Een woordfamilie”, legt Telling uit, „dat zijn alle woorden die gemaakt worden met dezelfde stam, bijvoorbeeld met ‘werk’: ‘werkster’, ‘werkstuk’, ‘werkloos’, enzovoort. Uit eerder onderzoek blijkt dat woorden die tot een grote woordfamilie behoren, gemakkelijker geleerd en verwerkt worden dan woorden die een kleine familie hebben. [3] 
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord woordfamilie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.