zangpedagoog

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  zangpedagoog    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • zang·pe·da·goog
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord zangpedagoog zangpedagogen
verkleinwoord zangpedagoogje zangpedagoogjes

Zelfstandig naamwoord

dezangpedagoogm

  1. (beroep) (muziek) (onderwijs) een onderwijzer in het zingen.
    • De zangpedagoog gaf aan waar de zanger zich moest verbeteren. 
Verwante begrippen

Gangbaarheid

  • Het woord zangpedagoog staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Meer informatie

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.