zelfbedieningskassa

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  zelfbedieningskassa    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • zelf·be·die·nings·kas·sa
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord zelfbedieningskassa zelfbedieningskassa's
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

dezelfbedieningskassav/m

  1. (economie) plaats waar een klant zonder hulp van personeel kan afrekenen
     Bronnen bij de politie vertellen aan TMZ dat Murley bij de zelfbedieningskassa 57 dollar aan boodschappen, waaronder brood, chips en drank, niet afrekende.[1]
Synoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord zelfbedieningskassa staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

  1. Weblink bron “Amerikaanse Voice-deelnemer steelt uit supermarkt” (09 jun. 2015), De Telegraaf
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.