ziekzoeker

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  ziekzoeker    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈziksukər/ (3 lettergrepen)
Woordafbreking
  • ziek·zoe·ker
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord ziekzoeker ziekzoekers
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

deziekzoekerm

  1. (landbouw) (beroep) iemand die speurt naar door virussen aangetaste bloembollen en deze verwijdert
Verwante begrippen

Gangbaarheid

  • Het woord ziekzoeker staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.