zomerjurk

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  zomerjurk    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • zo·mer·jurk
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord zomerjurk zomerjurken
verkleinwoord zomerjurkje zomerjurkjes

Zelfstandig naamwoord

dezomerjurkv/m

  1. (kleding) een luchtige jurk bedoeld om in de warmte van de zomer gedragen te worden
    • Ze had alleen maar een zomerjurkje aan en de neergutsende koude bui deed haar huiveren. 

Gangbaarheid

  • Het woord zomerjurk staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.