zwier
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: zwier (hulp, bestand)
Woordafbreking
- zwier
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | zwier | zwieren |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de zwier m
- draai, zwaai
- gratie, elegantie
- ▸ Universiteiten wilden sociale mannen met keurige stropdassen die met zwier en met een aanwijsstok college konden geven.[1]
Afgeleide begrippen
Vertalingen
1. draai, zwaai
Werkwoord
vervoeging van |
---|
zwieren |
zwier
Gangbaarheid
- Het woord zwier staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "zwier" herkend door:
93 % | van de Nederlanders; |
95 % | van de Vlamingen.[2] |
Verwijzingen
- ↑ Lulu Miller“Waarom vissen niet bestaan” (2023), Lebowski Publishers , ISBN 9789048867325
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.