zzp

Niet te verwarren met: zzp'er

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  zzp    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • zzp
Woordherkomst en -opbouw
  • afkorting van zorgzwaartepakket
enkelvoud meervoud
naamwoord zzp zzp's
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

hetzzpo

  1. (initiaalwoord), (afkorting), (beroep) afkorting voor Zelfstandige Zonder Personeel
  2. o (verouderd) (medisch) zorgzwaartepakket, later zorgprofiel genoemd
     Let op: tot aan 2015 werd in plaats van een zorgprofiel een Zorg Zwaarte Pakket als indicatie gegeven. Deze indicatie loopt van ZZP4 t/m ZZP10. Het nummer van de ZZP’s komt overeen met de huidige zorgprofielen.[1]
Afgeleide begrippen

Werkwoord

vervoeging van
zzp'en

zzp

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van zzp'en
    • Ik zzp. 
  2. gebiedende wijs van zzp'en
    • Zzp! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van zzp'en
    • Zzp je? 

Gangbaarheid

  • Het woord zzp staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Weblink bron “Wat is een zorgprofiel? (Vroeger een zorgzwaartepakket – ZZP)”
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.