Bresident
Pennsylvania-Duits
Uitspraak
- Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
Woordafbreking
- Bre·si·dent
enkelvoud (onbepaald) |
enkelvoud (bepaald) |
meervoud (onbepaald) |
meervoud (bepaald) | |
---|---|---|---|---|
nominatief | en Bresident | der Bresident | Bresidents | die Bresidents |
datief | me Bresident | em Bresident | Bresidents | de Bresidents |
accusatief | en Bresident | der Bresident | Bresidents | die Bresidents |
Zelfstandig naamwoord
Bresident, m
Afgeleide begrippen
- [1]: Bresidents Daag
- [1]: Bresidentsdaag
- [1-2]: bresidential
Verwante begrippen
- [1]: Gowenier
Opmerkingen
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.