Gebäude

Duits

Uitspraak
  • Geluid:  Gebäude    (hulp, bestand)
  • IPA: /ɡəˈbɔɪ̯də/
Woordafbreking
  • Ge·bäu·de

Zelfstandig naamwoord

Gebäude o

  1. gebouw
    «Jedes Haus ist ein Gebäude
    Ieder huis is een gebouw.
Verbuiging
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.