Mannsleit

Pennsylvania-Duits

Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
Woordafbreking
  • Manns·leit
enkelvoud
(onbepaald)
enkelvoud
(bepaald)
meervoud
(onbepaald)
meervoud
(bepaald)
nominatief --Mannsleitdie Mannsleit
datief --Mannsleitde Mannsleit
accusatief --Mannsleitdie Mannsleit

Zelfstandig naamwoord

Mannsleit, mv

  1. mannen, manvolk
    «Er hot en Drupp vun Mannsleit zammegrickt um dem Damm zu rette.»
    Hij heeft een ploeg van mannen samengesteld om de dam te redden.
Antoniemen
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen
  • Mannskall
Opmerkingen
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.