Maria-Boodschap

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  Maria-Boodschap    (hulp, bestand)
  • IPA: /maˌrijaˈbotsxɑp/ (5 lettergrepen)
Woordafbreking
  • Ma·ria - Bood·schap
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord Maria-Boodschap
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

deMaria-Boodschapv

  1. het hoogfeest ter gedachtenis van de aankondiging (annunciatie) van de geboorte van Jezus aan Maria. In de Orthodoxe en Katholieke Kerk valt deze feestdag op 25 maart, negen maanden voor Kerstmis
Synoniemen
  • Annunciatie, Verkondiging, Aankondiging van de Heer ( in het Latijn)
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord 'Maria-Boodschap' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Meer informatie

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.