Messias
Niet te verwarren met: messias |
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: Messias (hulp, bestand)
- IPA: /mɛˈsijɑs/
Woordafbreking
- Mes·si·as
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Latijn, in de betekenis van ‘de Gezalfde’ voor het eerst aangetroffen in 1291 [1]
- Herkomst: Hebreeuws (gangbare Nederlandse versie), letterlijk: 'gezalfd' [2]
- Hebreeuws: >masjach משיח vanwaar mesjiach, de gezalfde.
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | Messias | - |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
de Messias m
Opmerkingen
- Hoofdlettergebruik: als naam gebruikt: Messias; als titel: messias
Afgeleide begrippen
- Messiasbelijdenis, messias
Vertalingen
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Gangbaarheid
- Het woord Messias staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ "Messias" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ Stichting Hebreeuwse en Jiddisje woorden in het Nederlands
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.