Pronominaladverb

Duits

Uitspraak
  • IPA: /pʀonomi'naːlʔatvɛʁb/
Woordafbreking
  • Pro·no·mi·nal·ad·verb

Zelfstandig naamwoord

Pronominaladverb o

  1. voornaamwoordelijk bijwoord
Verbuiging
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.