Weesgegroet

Niet te verwarren met: weesgegroet

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  Weesgegroet    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˌwesxəˈɣrut/ (3 lettergrepen)
Woordafbreking
  • Wees·ge·groet
Woordherkomst en -opbouw
  • samenstelling van  wees ww  en  gegroet ww  naar de eerste woorden van het gebed die weer verwijzen naar de Bijbel: Lucas 1:26; geschreven met een hoofdletter volgens spellingregel 16.P [1]
enkelvoudbezitsvorm meervoud
naamwoord WeesgegroetWeesgegroets
verkleinwoord -

Eigennaam

Weesgegroet o

  1. (religie) (christelijk) gebed gericht aan de Heilige Maagd Maria, de moeder van Jezus Christus
    • Franciscus dankte Benedictus XVI en vroeg voor zijn voorganger te bidden. De nieuwe kerkleider bad samen met iedereen op het Sint-Pietersplein een Onze Vader en een Weesgegroet. Hij vroeg de menigte om een minuut stilte te houden, om bij God voor hem te bidden en om hemzelf de zegen te geven. "Bid veel voor uw bisschop, want het gebed van de gelovigen is de zegen voor de bisschop".[2] 
Opmerkingen
  • In de betekenis "een keer het Weesgegroet bidden" wordt weesgegroet geschreven met een kleine letter en kent ook een meervoud en een verkleinwoord.
  • Tot 2006 kende de officiële spelling alleen de schrijfwijze weesgegroet.
Synoniemen
Verwante begrippen

Gangbaarheid

  • Het woord Weesgegroet staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.