Wirtschaftskrise
Duits
Uitspraak
- Geluid: Wirtschaftskrise (hulp, bestand)
- IPA: / ˈvɪrtʃaftskriːzə /
Woordafbreking
- Wirt·schafts·kri·se
Woordherkomst en -opbouw
- Samenstelling van de zelfstandige naamwoorden Wirtschaft en Krise met het invoegsel -s-
| enkelvoud | meervoud | |
|---|---|---|
| nominatief | die Wirtschaftskrise | die Wirtschaftskrisen |
| genitief | der Wirtschaftskrise | der Wirtschaftskrisen |
| datief | der Wirtschaftskrise | den Wirtschaftskrisen |
| accusatief | die Wirtschaftskrise | die Wirtschaftskrisen |
Zelfstandig naamwoord
Wirtschaftskrise, v
- (economie) een economische crisis
- «1847 kam es zu einer Wirtschaftskrise, in der es zu großen Hungersnöten in Deutschland kam.»
- 1847 was er een economische crisis met grote hongersnoden in Duitsland.
- «1847 kam es zu einer Wirtschaftskrise, in der es zu großen Hungersnöten in Deutschland kam.»
Synoniemen
- Rezession
Afgeleide begrippen
- Weltwirtschaftskrise
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.