Zement
Duits
Uitspraak
- Geluid: Zement (hulp, bestand)
- IPA: /ʦeˈmɛnt/
Woordafbreking
- Ze·ment
Woordherkomst en -opbouw
- Afkomstig van het Franse woord ciment, dat van het Latijnse woord caementum (gehouwen natuursteen) komt, dat weer van caedere (hakken, houwen, slaan, kloppen) komt
Naar frequentie | 18031 |
---|
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
nominatief | der Zement | die Zemente |
genitief | des Zementes des Zements | der Zemente |
datief | dem Zement | den Zementen |
accusatief | den Zement | die Zemente |
Zelfstandig naamwoord
Zement, m (verouderd ook: o)
- (bouwkunde) cement
- «Zement kann bei Kontakt mit den Augen ernste Augenschäden verursachen.»
- Cement kan in contact met de ogen ernstig oogletsel veroorzaken.
- «Zement kann bei Kontakt mit den Augen ernste Augenschäden verursachen.»
- (tandheelkunde) cementachtig poeder voor de vervaardiging van tandvullingen
- «Der Zement auf unseren Zähnen ist eine sehr dünne und harte Schicht.»
- Het cement op onze tanden en kiezen is een heel dun en hard laagje.
- «Der Zement auf unseren Zähnen ist eine sehr dünne und harte Schicht.»
Hyperoniemen
- [1]: Baustoff
Afgeleide begrippen
|
Verwante begrippen
- [1]: Beton
- [1]: Gips
Typische woordcombinaties
- [1]: Zement: anrühren, mischen
- [1]: schnell bindender Zement
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.