aardappelteelt

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  aardappelteelt    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • aard·ap·pel·teelt
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord aardappelteelt
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

deaardappelteeltv/m

  1. (landbouw) de verbouw van aardappelen
     De missie borduurt voort op een aardappelteelt-project van de Universiteit van Wageningen. Sinds 2004 werken aan de universiteit twee Noord-Koreaanse wetenschappers aan de verbetering van de aardappelteelt.[2]
     Behalve de Overijsselse projecten zijn er ook twee Gelderse projecten gehonoreerd op gebied van innovatieve aardappelteelt en elektrische grondboormachines.[3]

Gangbaarheid

  • Het woord aardappelteelt staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Weblink bron “Nederlanders op missie in N-Korea” (15-10-2012), NOS
  3. Weblink bron
    Mariëtte Cellarius
    “Ruim miljoen voor Twentse bedrijven die werken aan snelle test voor opsporen coronavirus” (06-10-2020), Tubantia
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.