abstinentie

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  abstinentie    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • ab·sti·nen·tie
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘vrijwillige onthouding’ voor het eerst aangetroffen in 1265 [1]
  • afgeleid van abstinent met het achtervoegsel -ie
  • Naamwoord van handeling van abstineren met het achtervoegsel -entie [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord abstinentie abstinenties
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

deabstinentiev

  1. (medisch) onthouding, m.n. van medicijnen, alcohol, drugs
  2. het zich onthouden
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord abstinentie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
66 %van de Nederlanders;
75 %van de Vlamingen.[3]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.