achteraan

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  achteraan    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˌɑxtərˈan/ (3 lettergrepen)
Woordafbreking
  • ach·ter·aan
Woordherkomst en -opbouw

Bijwoord

[A] achteraan

  1. in de laatste of een van de laatste posities in een rangschikking, op een verder weg liggende plaats
    • Zij zag achteraan iemand opstaan en naar haar wuiven. 
  2. bijwoordelijk deel van een scheidbaar werkwoord in een direct volgende positie
     Het logische ‘voor wie dan wel? ’ kwam daar direct achteraan.[3]
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Voorzetsel

[B] achteraan

  1. als laatste deel van
    • Hij stond helemaal achteraan de rij, alle andere mensen waren aan het voordringen. 
  2. tegen de achterzijde van
    • De bijkeuken zat achteraan het huis. 
Opmerkingen
  • Naast dit woord komt ook de woordgroep "achter aan" voor, die kan worden gebruikt als de zin zonder "achter" ook zou lopen.
 Het kabeltje zit achter aan de computer vast. 
Als "achter" en "aan" tot verschillende zinsdelen horen, worden ze niet aaneengeschreven.
 De kinderen waren achter aan het spelen. 

Gangbaarheid

  • Het woord achteraan staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.[4]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.