achterhoede

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  achterhoede    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • ach·ter·hoe·de
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord achterhoede achterhoeden, achterhoedes
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

deachterhoedev/m

  1. (sport) de posities op het speelveld het dichtste bij het eigen doel
    • Als kleine jongen speelde ik altijd in de achterhoede. 
  2. de laatsten van een groep
     Vaak moesten we meer dan een uur wachten op So it Goes, die zich niet goed voelde en steeds langzamer ging lopen. Barbie bleef altijd trouw bij haar, terwijl de anderen vooruitliepen om de weg te verkennen. Bij elke splitsing wachtten we op de achterhoede.[3]
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord achterhoede staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
95 %van de Vlamingen.[4]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.